woensdag 13 april 2011

Onder mijn paraplu

Ik hield mijn paraplu laag om me af te schermen tegen de regen. De wind nestelde zich onder mijn jas en gaf me rillingen. Ik keek naar de plasjes water, waar mijn voeten hier en daar druppels lieten opspatten. In het water zag ik je weerspiegeling, rimpelend, alsof je vloeibaar en van papier was. Ik keek onder mijn paraplu door en ik hield mijn adem in bij het zien van je gezicht. Al die jaren hadden niets afgedaan aan mijn herinnering, je was precies zoals mijn geheugen me vertelde dat je was.
Je glimlachte. Ik zag verdriet. Ik kon het niet helpen, ik moest ook glimlachen, maar de regen versterkte mijn gevoelens. Tussen ons speelde elektriciteit gemene spelletjes die mijn hart sneller liet kloppen. Ik zei dat het lang geleden was en jij beaamde dat. Wat kon je anders?
De wolken gromden als een waarschuwing. Ik zei dat ik moest gaan, het was al laat en mijn sokken waren doorweekt. Je knikte begrijpend. Ik wist niet wat ik moest doen, dus ik liep weg. Ik draaide me nog om, ik wilde nog naar je zwaaien, maar je liep al verder, met je handen diep in je zakken en je hoofd naar beneden. Ik vroeg me af of ik me het allemaal het had voorgesteld, of je een voorstelling van mijn fantasie was. Ik riep je na, maar de wind nam mijn woorden mee. Het was beter zo.

6 opmerkingen: